Gevlekte kruisspinnendoder

De eerste keer dat ik deze Gevlekte kruisspinnendoder of roodpotige kruisspinnendoder in mijn tuin zie zitten. Het is nochtans een algemeen voorkomend insect volgens waarnemingen.be

Deze roofwesp specialiseert zich in wielwebspinnen (waaronder de kruisspin, maar ook de tijgerspin). Ze verdooft de spin, graaft ze in onder de grond, en legt daarna een eitje op de spin. Wanneer dat eitje uitkomt, beschikt de larve over vers vlees.

Wespennest

Net voor de eco-tuindagen merkte ik een wespennest op. Deze wespen gebruikten een oude muizengang, in het gazon op 5-6m van het terras. Ik spande het nest af met drie bamboestokken, wat touw, en een duidelijke waarschuwing.

Ik had zelf niet direct de intentie om dat nest te verdelgen, omdat ik tot dan toe nog geen last had van de wespen.

En eigenlijk is dat nog niet veranderd, we eten af en toe op het terras, en het is niet zo dat we hier last hebben van wespen indien we op het terras zitten.

Ik zie dus nog altijd geen reden om het nest te verdelgen, de activiteit begint nu wel sterk toe te nemen, een wespennest is in deze periode ook op zijn grootst. Normaal zou de koningin nu sterven, en zouden de wespen jonge koninginnen kweken, waarna de periode start dat de overblijvende wespen echt vervelend gaan doen (ze gaan op zoek naar zoetstof, die ze tot nu toe kregen van de larven wanneer ze die eten gaven).

Wel knap om te zien hoe wespenwerkers het gras rondom het hol kort knagen, om de vliegopening vrij te houden…

update: ondertussen was het vanavond quasi onmogelijk om te eten aan ’t terras. Misschien ga ik toch actie ondernemen…

Echinacea

Ik heb de voorbije jaren een tiental Echinacea-variëteiten aangekocht. Van één van die rassen groeit er hier nog één plant ‘Elton King’, alle andere planten zijn allemaal verdwenen, op het zaairas ‘Cheyenne spirit’ na.

In de bloempluktuin heb ik een stukje ingezaaid, met zaden van mijn eigen planten, en de planten die ik daarmee nu opkweek zijn heel mooie, fors groeiende planten die nu in bloei staan.

Het is een bonte verzameling van kleuren, want ik voor deze plant best wel OK vind. Mijn tip is dus : koop geen planten van Echinacea, maar zaai de planten uit. De plantjes die het het beste doen op jouw grond en op die plek, zullen uitgroeien tot mooie planten.

Wat me opvalt, is dat mensen deze plant als een uitzonderlijke insectenplant omschrijven. Wat mij betreft is Echinacea echt geen uitzonderlijke nectarplant. Je ziet er wel eens een vlinder of een hommel op landen, maar er zijn toch heel wat andere planten die veel, maar dan ook veel meer volk lokken.

Ander en beter?

Ik heb hier al een paar keer aangegeven dat de Honingbessen die ik hier had aangeplant niet direct uitmuntend smaakten. Ik vond het niet de moeite om de planten weg te halen, en negeerde ze dus gewoon.

Maar dit jaar vertelde iemand me dat hij enkele Canadese selecties had aangeplant van deze Lonicera caerulae, en dat die bessen niet alleen veel groter waren, maar ook veel lekkerder.

Vorige week bestelde ik me twee planten (die mekaar bestuiven, met name ‘Boreal Beast’ en ‘Boreal Blizzard’).

Tijd om de ‘oude planten’ te verwijderen , en dat viel echt dik tegen, op 10 jaar hadden die planten een stevig wortelgestel gemaakt. Maar zoals het spreekwoord zegt ‘De aanhouder wint’ (maar heeft nadien wel wat last van zijn rug).

Nu is het wachten op de eerste bessen, ik vermoed dat dat pas voor 2024 gaat zijn, want de plantjes zijn niet zo heel groot.

Ondertussen bewijzen de planten die ik zondagmorgen verwijderde dat ze echt wel goed tegen de droogte bestand zijn. De planten hebben hier twee dagen in de zon gelegen en volgens mij zou ik ze alsnog kunnen redden. Maar dit week-end lonkt de hakselaar …

Schoonheid

Deze schoonheid trof ik aan bij Bastin, een lavendelkwekerij in Nederlands Limburg. Het is Lavandula x christiana, een kruising tussen Lavandula pinnata x Lavandula canariensis (lavendelsoorten die op de Canarische eilanden groeien). De plant is niet winterhard en moet in de winter binnen, maar zou ook dan blijven bloeien. Ook het blad is apart.

De bloem heeft wel wat weg van Verbena ‘Blue spires’, vind ik. Maar het blad is wel apart…

Boeketje

De pluktuin levert nu voldoende planten voor een aantal boeketten per week. Zoals al eerder aangegeven, gebruik ik hier alleen maar vaste planten.

Een aantal van de ‘tips voor snijplanten op internet’ levert wel gewoon ronduit slechte snijbloemen op. Een aantal andere vaste planten blijven uitzonderlijk lang goed in de vaas.

Daarom werden er dit week-end nog enkele wijzigingen doorgevoerd in de bloempluktuin. De underperformers werden gerooid onder het motto ‘ander en beter’. Verder waren enkele rozelaars duidelijk niet zo ziekteresistent, ook zij zijn vervangen door rozen waarvan ik weet dat ze het goed doen in de tuin.

Eén van de nieuwe aangeplante planten in de pluktuin is een grote groep Thalictrum delavayi ‘splendid’. Dat zou ook een uitzonderlijk goede snijbloem zijn, maar ik betwijfel het echt wel of ik daar ooit ga van ‘knippen’.

Helenium ‘Sahin’s Early Flowerer’

Twee jaar geleden, bestelde ik me, in volle lockdown, een aantal Heleniums. Ik kreeg van deze Helenium ‘Sahin’s Earky Flowerer’ 6 mooie, gezonde planten opgestuurd, met 5-6 ogen.

Ze kregen een plaatsje in de vlindertuin, waar ze, in vergelijking met alle andere Helenium-cultivars, uitstekend groeiden.

Toen ik begin vorig jaar de bloempluktuin aanlegde, heb ik één van deze 6 planten uitgegraven, en de plant gescheurd in twee delen. Eén deel plantte ik terug aan, het andere deel heb ik oog per oog gescheurd (dus alle stengels apart gescheurd, elke stengel mét een beetje wortel).

Dat leverde me iets meer dan 20 jonge planten op, die ik 3-4 weken later in de bloempluktuin uitplantte. Deze jonge planten groeiden vorig jaar zeer goed, en zijn dit jaar allemaal al stevig uit de kluitengewassen exemplaren.

Dit veldje Heleniums komt dus voort van één plantje, twee jaar geleden…

Composteren

Ik heb er al eerder wat over geschreven, composteren. Het is volgens mij dan ook één van de basispijlers van ecologisch tuinieren. Hier bestaat er geen ‘tuinafval’, ik zie alleen grondstoffen voor de compostbakken.

Het snoeihout wordt hier in het vroege voorjaar systematisch gehakseld, en kan al beginnen met composteren. De droge plantenresten uit de border worden in een aparte bak bewaard, en vanaf begin mei worden die droge plantenresten gemengd met ‘groen materiaal’, met name grasmaaisel (van de eerste maaibeurt) en de plantenresten van het wieden. Dat mengen doe ik door een lasagne van groen en bruin te maken, waarbij ik ook het hakselhout toevoeg. Dan volgen 2-3 intensieve weken, waarbij de twee opgestarte compostbakken (5 m³) worden omgezet : alle materiaal eerst uit de bak scheppen, en daarna terug in de compostbak scheppen. Dat duurt per bak 20-25 minuten.

Indien nodig voeg ik nog wat groene plantendelen of keukenafval toe.

Het omzetten doe ik eerst om de twee dagen, nadien laat ik drie en dan vier dagen tussen. Ondertussen zijn we 5 weken verder. Het compost voelt nog steeds erg warm aan, en je kan zien dat de compostering al heel fel gevorderd is na 5 weken.

Dit materiaal ga ik nu nog één keer omzetten, en zal dan in ausgustus/september gezeefd worden en benut worden in de tuin. Net zoals de voorbije jaren ga ik weer 2-3 m³ compost produceren.

Veel werk? Aangezien het keukenafval hier wordt verwerkt door de kippen, hebben we hier geen GFT-bak. En ik verkies deze inspanningen boven die gore, stinkende groene bak. Ik zet echt liever die composthopen enkele keren per jaar om dan één keer die bak proper te maken.