Drie jaar geleden plantte ik een rambler tegen de oostergevel van onze woning. Ramblers zijn klimrozen die zich kenmerken door een flinke groei. Ze groeien over alles heen, waarbij de doornen helpen om zich vast te haken aan andere planten. Het zijn beslist geen planten voor een kleine tuintje. Sommige variëteiten groeien tot 20 meter hoog in bomen en kunnen op enkele jaren tijd je huis laten lijken op ’t kasteel van Doornroosje. Mijn rambler, Rosa ‘Seagull’, is een rambler die 6 tot 8 meter hoog wordt.
Om de plant tegen de muur op te laten groeien had ik vorig jaar enkele staaldraden aan de gevel bevestigd, tot bijna 4 meter hoog. Maar in zijn derde jaar liet de rozelaar merken dat hij het naar zijn zin had. Groeischeuten van meer dan 4 meter lang en de venster van de dressing die helemaal dichtgegroeid waren, duidelijke signalen dat het tijd werd om in te grijpen. De foto hierboven dateert van juni, toen er nog licht door de venster van de vestiaire straalde.
Een fikse wintersnoei was noodzakelijk. Eerst bracht ik bijkomende staalkabels tot op 5 m hoogte aan (een waar plezier, werken tussen de doornen), daarna werd de plant stevig gesnoeid. Bij het snoeien stelde ik vast dat de plant niet alleen door de dakgoot was gegroeid, maar ook onder de dakrand zat en zelfs een poging deed om onder de polysterdakbedekking van ons plat dak te groeien. Het spreekt voor zich dat ik deze plant volgend jaar ook in de zomer manu militari betere manieren zal bijbrengen.
Toch bevalt de plant met zo sterk dat ik aan de voorgevel nog twee klimrozen wil plaatsen. Om in de voortuin te mogen groeien moet je als plant wel een hele resem adelbrieven kunnen voorleggen. Minder groeikrachtig dan ‘Seagull’ : de voorgevel is namelijk voorzien van een voordeur en het is onze intentie om die in de toekomst te blijven gebruiken.
Daarnaast wou ik een rozelaar die passanten laat genieten van een heerlijk rozenaroma. Maar met alleen geur en groeikracht was ik niet tevreden. Rosa ‘Seagull’ is een typische rambler met een overvloed aan bloemen op een periode van 6 weken (zie de foto hierboven). In de voortuin wil ik doorbloeiende rassen die tot laat in de herfst bloeien. Verder moeten de rozen – uiteraard – ziektebestendig zijn én mocht de rozelaar niet voorzien zijn van gevulde bloemen. Laat het duidelijk zijn, ik ben snel tevreden.
Ik startte een zoektocht op internet, maar plantenomschrijvingen zijn niet altijd even nauwkeurig. Handelaars en veredelaars durven planten wel eens kwaliteiten toedichten waarover ze niet beschikken. Rozenhandelaars blijken niet onder te doen op dit vlak. Wanneer je meerdere online shops vergelijkt, spreken de verschillende sites mekaar tegen, vooral op het vlak van geur; bloeitijd en uiteindelijke groeihoogte. Kiezen wordt dan wel heel erg moeilijk .
Bij het online zoeken kwam ik tot de vaststelling dat er hier vlakbij een rozenkwekerij is met een erg ruime catalogus. En terwijl on-line shoppen leuk is, verkies ik toch nog altijd directe verkoop voor plantgoed. De rozenkwekerij bleek over een uit de kluiten gewassen rozentuin te beschikken waar tientallen klimrozen groeien. Eén van de planten die ik op basis van mijn zoektocht op internet had uitgekozen, liet ik wijselijk staan nadat de zaakvoerder mij een twee jaar geleden aangeplant exemplaar in zijn tuin toonde. De plant had een uit de kluiten gewassen prieel overgroeid en was ondertussen al bezig met het innemen van een schuur.
Ook mijn andere opties bleken te groeikrachtig, niet winterhard of onvoldoende ziektebestendig. Daarop stelde hij me een resem alternatieven voor, waarbij één van de planten volgens hem perfect aan mijn lastenboek voldeed (Rosa ‘Brise Parfum’ (syn ‘Parfum d’Evita’). Een roos die ik inj geen enkele andere on-line catalogus was tegengekomen. Ik kocht de plant op goed vertrouwen, en Google leerde me na mijn bezoek dat dit vertrouwen gegrond was.
De andere plant op mijn lijstje (Rosa ‘Lady of the Lake’, David Austin) was volgens de kweker wel een goede keuze. Nooit gedacht dat ik een English Rose zou aanschaffen, maar de trend naar bij-vriendelijk tuinieren zorgt dat zelf David Austin natuurlijkere rozen introduceert. De twee rozen werden vandaag aangeplant, voorzien van een flinke geut compost. Laat ze nu maar groeien.
En toch nog kiezen voor planten met doornen 🙂
Absoluut 😀
Als het puur om de schoonheid gaat, verkies ik nog steeds de gevulde rozen. (Cfr. de meest gekende David Austinrozen, zeg maar.) Maar dat tij is onderhand toch aan het keren, mede omwille van het bij-onvriendelijkere karakter ervan.
Seagull is prachtig, maar niet langer geschikt voor onze -nu al veel te volle – tuin. Hier heerst Rosa Filipes ‘Kiftsgate’ al jaren als rambler. Eén zo’n reus volstaat.
“Kiftsgate” is volgens mij nog veel groeikrachtiger dan mijn “Seagull”. De grootste rozelaar van Engeland zou een Kiftsgate zijn (ik dacht 25 meter hoog; in Gloucestershire)
We houden hem al twee decennia bijzonder stevig in toom. 😉
Om één of andere reden vind ik rozen niet mooi. Is het de manier waarop ze groeien en gestructureerd zijn ? Ik weet het niet. De bloem zelf vind ik ok.
Ik weet het ook niet 😀
Dat met de roos overgroeide raam vind ik superromantisch!
Maar niet erg praktisch, er blijven na het snoeien nog steeds twee takken voor ’t venster uitgroeien