Ecologisch tuinieren

Zoals ik al eerder aan heb gegeven:  ik doe dit jaar voor de tweede keer mee met de eco-tuindagen van velt.
Soms vragen mensen me wel eens waarom ik ecologisch tuinier. Mijn antwoord is steevast: ‘Waarom niet?’, gevolgd door een aantal argumenten die ik ook hier nog eens met plezier herhaal. Ik heb hier vroeger al eens een stukje over geschreven, hier nog een aanvulling – omdat mijn inzichten ook evolueren.

De eerste vraag is natuurlijk; ‘Wat is ecologisch tuinieren?’ Voor mij staat ecologisch tuinieren gelijk aan tuinieren met een beperkte voetafdruk én de natuur een plaats geven in je tuin. Jezelf niet beschouwen als een soort opperwezen dat een uniek gebruiksrecht heeft op je tuin, maar je tuin delen met de natuur.

Privé-tuinen nemen naar schatting 8,5% van het oppervlak van Vlaanderen in, dat is bijna 4 keer meer dan de ruimte die in Vlaanderen beschikbaar is voor natuurreservaten. Indien we met zijn allen ecologisch zouden tuinieren, zou dat een wezenlijk verschil maken voor de biodiversiteit in Vlaanderen. Dat is wat mij betreft de belangrijkste reden.

Pesticiden.
Ik maak uit principe geen gebruik van pesticiden. Ik weiger ze trouwens gewasbeschermingsmiddelen te noemen zoals de sector dat nu doet. Het is en blijft vergif voor mij. De meeste van deze middelen hebben schadelijke neveneffecten.
Voor een aantal producten bestaan er twijfels over de impact op onze gezondheid. Zo erkent Frankrijk de ziekte van Parkinson als beroepsziekte voor landbouwers die meer dan 10 jaar aan gewasbeschermingsmiddelen zijn blootgesteld.
Veel producten hebben een rechtstreekse impact op de biodiversiteit. Zo is de impact van neo-nicotinoïden op hommels en bijen ondertussen wetenschappelijk bewezen in veldstudies maar er zijn nog heel wat andere producten die een impact hebben op bijvoorbeeld vissen en amfibieën.
Deze stoffen zijn overal terug te vinden in ons milieu: zo blijkt 35% van het bodemwater in Vlaanderen gecontamineerd door pesticiden (in 2000 was dat slechts 20%) en worden bij alle metingen van het oppervlaktewater in Vlaanderen pesticiden aangetroffen, op sommige plaatsen meer dan 40 verschillende actieve stoffen. De impact van de mix van die producten op onze gezondheid is niet gekend of onderzocht. De drinkwatermaatschappijen hebben de voorbije jaren significante investeringen moeten doen om het drinkwater te blijven zuiveren van deze pesticiden, iets waarbij het principe “de vervuiler betaalt” niet opgaat want die prijs zit gewoon verrekend in onze drinkwaterfactuur.

Maar we worden ook op andere manieren blootgesteld aan deze producten, denk maar aan de recente onderzoek waaruit blijkt dat er glyfosaat zat in de urine van alle 47 Europese parlementsleden die hun urine lieten testen. Of de te hoge concentraties aan glyfosaat in Duitse bieren en, ja U leest dit goed, Canadese inlegkruisjes en tampons.

Maar de belangrijkste reden waarom ik geen pesticiden gebruik heb ik nog niet gemeld: je kan ook zonder. Vooral wanneer je de moeite doet om ziekteresistente planten aan te kopen en je leert leven met bepaalde ‘onkruiden’ in je tuin en in je gazon.  “If you can’t beat them, join them”, dat is bijvoorbeeld mijn houding ten opzichte van Hondsdraf (ook al ben ik dat plantje vrij snel gaan appreciëren na mijn intrede in de woning, de eerste maanden heb ik een heroïsche strijd met dit plantje geleverd). Het is niet altijd evident (ik heb hier ook enkele plekjes waar Heermoes groeit, waar akkerwinde en zelfs zwanenblad groeit), maar met systematisch verwijderen hou ik ook die planten in bedwang.

De tuindagen kaderen dit jaar in het thema 2020pesticidenvrij, een actie die ik ten volle steun.

Kunstmest
Recent Frans onderzoek toont aan dat luizen, schimmels en virussen planten verkiezen die meer stikstof opnemen dan ze verwerken tot eiwitten. Dit kan gebeuren door overbemesting met stikstof of als gevolg van droogte, koude, te weinig licht of zuurstof, gebrek aan sporenelementen en bestrijdingsmiddelen.
Daarom bemest ik alleen met eigen compost en een beperkte gift van andere ecologische meststoffen (bv gedroogde koemest). Het zorgt bovendien ook voor een natuurlijk evenwicht tussen nuttige en schadelijke bodemorganismes.

Afval
Dat wil ook zeggen dat alle tuinafval in de tuin verwerkt wordt in vier flinke compostbakken. Daar kruipt behoorlijk wat tijd in maar ik vind dat composteren veel aangenamer dan het aanschuiven aan het containerpark met mijn groenafval. Op het taxussnoeisel na, dat ik naar het containerpark breng om medicijnen mee te maken, wordt alle ‘tuinafval’ beschouwd als grondstof voor compost.

Water
De eerste maanden na het aanplanten kan een plant rekenen op water van me. Nadien moet de plant zich zelf behelpen. Ook al heb ik een regenwatervat van 15000 liter….De enige uitzondering die ik maak zijn planten die in potten zijn aangeplant. Door planten aan te planten op de juiste plek zijn ze veel minder vatbaar voor ziektes, en groeien ze beter.
Ik ben ook afgestapt van de idee om mijn bodem aan te passen aan de planten, alhoewel ik hier en daar in de tuin nog wel eens een truc gebruik om een plant aan te planten (blauwbessen in metserskuipen in de grond)…

Verharding
Ik heb geprobeerd om de verharding in de tuin tot een minimum te beperken. Hoe meer verharding hoe minder leven en hoe meer moeite om die verharding vrij te houden van pioniersplanten… De tuinpaadjes bestaan uit houtschilfers of gras in mijn tuin.

Gazon
Het maaien van een groot gazon is een heus karwei, tot twee keer per week. Maar ook de rest van ’t jaar zijn veel tuiniers bezig om hun gazon zo groen mogelijk te houden: selectieve onkruidverdelgers, mosbestrijders, gazonmeststoffen, water geven,… Allemaal maatregelen die veel tijd vergen en die lijnrecht ingaan tegen de principes van ecologisch tuinieren. Het is vechten tegen de bierkaai want ‘onkruiden’ vestigen zich in het gazon als een stap van het natuurlijke proces van successie.

Mijn gazon krijgt om de twee jaar wat compost. Ik maai het alleen indien het echt nodig is (daar zit soms tot twee weken tijd tussen, vorig jaar zelfs eens drie maand in de zomer). En ik stoor me hoegenaamd niet aan madeliefjes, klaver en ander ‘onkruid’ in ’t gazon. In de zomer krijgt mijn gazon ook geen water. Zo heb ik minder werk, verbruik ik minder energie en krijg ik meer natuur in de plaats. Door alleen gazon in te zaaien op een plek waar gras goed groeit; is mijn gazon na 5 jaar nog steeds volledig vrij van mos. Ik vind wel mos terug in de graspaadjes in de fruittuin, omdat die plek veel minder geschikt is voor een gazon (schaduw, intensieve betreding).

Verderop in de tuin zaaide ik een vaste bloemenweide in. Die maai nu nog twee keer per jaar, maar op termijn zal dat maaien zich beperken tot één keer per jaar. Zo’n bloemenweide brengt niet alleen extra leven in de brouwerij, ze evolueert van jaar tot jaar, het resultaat is ieder jaar anders, ‘t is minder werk, mooier en beter voor de biodiversiteit. Politici zouden spreken van een en-en verhaal.

Voor de bezoekers van de tuin : achteraan in de tuin, vlak bij de kippenren, ligt er nog een stuk gazon dat nog een bestemming moet/zal krijgen. Waarschijnlijk wordt het een moestuin, maar ‘t zou ook kunnen dat ik het laat evolueren tot een bijkomende bloemenweide met poel. Rome wasn’t build in a day 😉

Onkruiden
Ook een ecologisch tuinier kan wel eens kampen met pionierskruiden. Zelf wied ik die planten, maar niet altijd. Ecologische tuinen zijn dus niet per definitie een ‘wildernis’, alhoewel ik dat toch enigszins als een compliment beschouw, want een wildernis = veel leven.

Enkele van de mooiste tuinen die ik bezocht zijn ecologische tuinen. Lees mijn verslag van de ecotuindagen van vorig jaar er maar eens op na. Mijn tuin is nog steeds niet af, maar ik loop de voorbije dagen toch met een redelijk tevreden gevoel door de tuin.

Je krijgt ook zoveel terug voor deze manier van tuinieren. Dit jaar heb ik al twee nesten van koolmezen, twee nesten pimpelmezen, een nest van een boomkruiper, een boomklever en een zwartkop ‘geregistreerd’. Ik zie de diversiteit in insecten in mijn tuin gestaag toenemen over de laatste jaren, zo zag ik vorige week voor de eerste keer een sint-jacobsvlinder in mijn tuin. Dat effect is geen gevolg van mijn klein lapje grond alleen, maar ook van een aantal evoluties in de omgeving. Als we allemaal die weg zouden inslaan, zouden we echt een verschil maken. 

Foto bovenaan : de familie pimpelmees en koolmees bezoeken voortdurend de rozelaars, op zoek naar bladluizen.

18 gedachten over “Ecologisch tuinieren

  1. Interessant leesvoer.
    Het enige waarvoor ik onkruidverdelger gebruik is onze oprit (klinkers). Het is echt te ontzien om uren met de knieën op de grond te zitten om alles eruit te peuteren, om na de eerste regenvlaag vast te stellen dat het weer woekert…

        1. Wel even kijken waar het heen stroomt, je wil het niet in je border hebben, maar de azijn doet mos en kleine plantjes verdorren. Maakt het weghalen veel makkelijker. Er is op internet genoeg over te vinden.

  2. Goed om nog eens alles op een rijtje te zien staan. Zelf vind ik het zo vanzelfsprekend om ecologisch te tuinieren dat ik het eerste moment wel eens met mijn mond vol tanden sta als iemand opmerkingen maak.

  3. en onkruid is geen onkruid als het lekker/mooi is:
    – zevenblad (oude romeinse groente)
    – melde (spinazie-achtige)
    – vogelmuur, herderstasje, zandkool etc (lekker in de sla)
    (ah ja: de huisjesslakken in onze tuin zijn petit gris (familie van de wijngaardslak))

    Over welke plagen had je het ook alweer?

    1. Tja, ik weet dat één van mijn volgers een tuin heeft waar het zevenblad woekert over heel de tuin, in totaal dus enkele tientallen are. Dan is het wel een plaag hoor…

  4. We zitten duidelijk op dezelfde golflengte. Ongelooflijk hoe op korte termijn een heleboel leven zijn weg vindt naar je lapje ecologisch beheerde grond.
    Die poel zou zeker nog een meerwaarde zijn voor je mooie tuin.

  5. Heel goed de principes, van waaruit je ecologisch tuiniert, nog eens uiteengezet te zien! Een beloning, dat na een vrij klein aantal jaren al zoveel vogels en insecten je tuin weten te vinden.
    Hier verdwijnen in buurtuinen nogal eens bomen. De vogels lijken uit te wijken naar onze ecologisch beheerde tuin, dank zij vele bosjes, ruigten en insecten.

  6. Mooi uiteengezet! Ik had gisteren nog een kort gesprek met een tiener. We waren bezig een busje in te laden en er vlak naast stond een struik met nogal wat luis. Zijn eerste reactie “maar even flink spuiten, dan zijn ze zo weg”. Ik heb hem maar niet uitgelegd hoe triets ik het vind dat iemand van zijn leeftijd tegenwoordig dat nig als eerste reactie geeft, maar mijn best gedaan om uit te leggen waarom zijn idee nou niet echt wenselijk is. Of het heeft geholpen ….

Reageer

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: